De Britse geheime dienst GCHQ was niet gerechtigd om door de Amerikaanse veiligheidsdienst NSA verzamelde gegevens te gebruiken. De Britse dienst zou daarmee de mensenrechten geschonden hebben, stelde een Britse rechtbank. De zaak was door mensenrechtenorganisaties aanhangig gemaakt.
De uitspraak van de bijzondere rechtbank (het Investigatory Powers Tribunal) die de handelingen van Britse geheime diensten beoordeelt, had betrekking op activiteiten in het verleden. De uitspraak is niet van toepassing op de huidige (spionage-)activiteiten van de Britse dienst. In december heeft deze ‘geheime’ rechtbank nog gesteld dat de afluisterprogramma’s van de GCHQ niet in strijd waren met de Europese conventie voor de mensenrechten. Die zaak was destijds aanhangig gemaakt door organisaties als Amnesty International, Privacy International en Liberty. In de nieuwe zaak zijn weer mensenrechtenorganisaties in het krijt getreden. Ze stelden dat het gebruik van de gegevens die de NSA had onderschept met programma’s als Prism en Upstream in Groot-Brittannië illegaal zou zijn. Privacy International stelt in een verklaring dat het gerechtelijke besluit zou betekenen dat alle gegevens die de GCHQ voor de uitspraak in december 2014 van de NSA zou hebben gekregen, illegaal zouden zijn verzameld. De organisatie wil deze zienswijze in een rechtszaak laten bevestigen en, bij succes, er voor zorgen dat die gegevens worden vernietigd.
Bron: der Spiegel