De NSA en de Britse GCHQ trekken zelfs voor Angry Birds-gebruikers hun neus niet op.

Het mag geen verwondering wekken dat, zo meldt de Britse krant the Guardian, de Amerikaanse veiligheidsdienst NSA en zijn Britse kompaan in de boosheid GCHQ bij hun spionageactiviteiten ruim misbruik gemaakt hebben van de kwetsbaarheden van de toepassingen op de mobiele telefoons. Het zou dan onder meer gaan om het spel Angry Birds en het populaire routeprogramma Google Maps.

De documenten waarop de Britse krant zich baseert waren, zoals gebruikelijk weer afkomstig van klokkenluider Edward Snowden. Een er van beschrijft hoe van een gebruiker tijdens het versturen van foto’s, waarbij veel andere informatie wordt meegestuurd, de gegevens kunnen worden onderschept. Dat schijnt een vaardigheid van de GCHQ te zijn. De documenten sommen een lijst van toepassingen op, vooral op Android-toestellen van Google, maar ook voor de iPhone van Apple. Een document van GCHQ somt op welke gegevens van het populaire spel Angry Birds van interesse zouden kunnen zijn voor de heimelijke speurders: de gebruikte telefoon, het model en besturingssyteem. Dat zijn gegevens die de spelexploitant gebruikt voor reclamedoeleinden. Commerciële bedrijven, ik zeg het nog maar eens, zijn bijna net zo erg als de NSA en de GCHQ. Met andere gegevens gecombineerd kunnen deze summiere gegevens toch weer wat vertellen over de handel en wandel van de telefoon(gebruiker). Dat zou buiten het medeweten van de makers zijn gebeurd.
Zoals gewoonlijk ontkent de NSA niet, maar zegt wel dat de dienst geen Amerikaanse burgers bespioneert, hetgeen de NSA bij wet verboden is. De rest van de wereld mag wel, volgens de Amerikanen.

Bron: Le Monde