De op opspraak geraakte Amerikaanse veiligheidsdienst NSA installeerde kwaadaardige programmatuur op 100.000 computers over de hele wereld, aldus de New York Times. Daardoor waren Amerikaanse spionnen in staat de gebruiker te bespieden, maar konden ze die computers ook inzetten voor cyberaanvallen. De NSA gaf die operatie de codenaam ‘Quantum‘ en bestempelde die als actieve verdediging. Steeds meer gaat het er op lijken dat wat de NSA deed niet eens meer te vergelijken is met het gebruik van olifantenmunitie op een mug. De peperdure afluister- en ontregelingsacties hebben, blijkens een recent rapport, nauwelijks resultaat opgeleverd.

De NSA maakte ook gebruik van technologie om gegevens in computers te smokkelen of die te vervangen, zelfs wanneer die pc’s niet met het internet zijn verbonden. De technologie, die de geheime dienst volgens de NYT sinds ten vroegste 2008 zou gebruiken, maakt gebruik van radiogolven om de gegevens op te vangen. Overigens moet daarvoor wel eerst met de computer geknoeid worden, met of zonder de medewerking van de gebruiker; in het eerste geval zonder dat die dat in de gaten heeft. In de meeste gevallen werd de NSA-software echter via computernetwerken geïnstalleerd.
De kans is klein dat jouw pc is besmet. Onder de meest voorkomende slachtoffers van de NSA-spionage zijn eenheden van Chinese leger, Russische militaire netwerken en systemen die door de Mexicaanse politie en drugskartels worden gebruikt, handelsinstellingen binnen de Europese Unie en partners in de strijd tegen terrorisme zoals Saoedi-Arabië, India en Pakistan. Er zijn geen aanwijzingen dat de programmatuur ook in de Verenigde Staten is gebruikt. Dat is de NSA wettelijk verboden. Niet dat dat veel zegt.

Bron: De Standaard